Cookievoorkeuren
InstellingenIk ga akkoord

Duurzaamheidsproject meubelstofferen bij HMC

16 juli 2022

Nieuws

Interview

We moeten zuinig zijn met onze kostbare grondstoffen. Binnen het HMC speelt duurzaamheid dan ook een centrale rol. Er wordt geprobeerd dit op zoveel mogelijke manieren toe te passen binnen de school. Van speciale bakken voor het scheiden van afval tot het integreren van duurzame materialen in de lessen. Ook studenten Meubelstofferen hebben deelgenomen aan een duurzaamheidsproject, dat uit verschillende onderdelen bestond. Docente Pauline Beversluis vertelt er meer over.

“Duurzaamheid, bewustwording van onze economie is inmiddels niet meer weg te denken. Op alle niveaus wordt nagedacht over hoe je zuinig met grondstoffen kunt omgaan en hoe je producten aan het eind van hun levenscyclus deels weer kunt hergebruiken. Bij dit project, en andere projecten binnen school, willen we onze studenten bewust maken van het belang van lineair naar circulair denken en doen,” aldus Beversluis. “Voorheen lag de focus puur op het ambacht, nu kijken we met onze studenten ook naar wat de maatschappij wil. Dat vraagt om nieuwe vaardigheden die nodig zijn om mee te kunnen bewegen met alle veranderingen.”

Zelf opgepakt

Dit specifieke duurzaamheidsproject is door Pauline Beversluis zelf opgepakt. “Ik kom veel bij de stagebedrijven waarvan we vaak restmaterialen zoals rollen stof krijgen die door onze studenten in opdrachten worden toegepast. Een van die bedrijven is bouwatelier Fiction Factory uit Amsterdam, waar Marije Remigius Sustainability Manager is. Fiction Factory heeft al veel prijzen gewonnen in relatie tot duurzaamheid. Het eerste deel van het duurzaamheidsproject was een excursie met studenten naar Fiction Factory, waar ze met eigen ogen konden zien wat voor materialen er hergebruikt worden. Ze volgden er ook een workshop en een masterclass over dit onderwerp.”

Remigius vertelde over het weggooien en hergebruiken van materialen. Het Rijksmuseum bijvoorbeeld gooit na een tentoonstelling vaak de panelen met stoffen weg; deze laatste zijn natuurlijk simpel opnieuw te gebruiken. De afspraak is nu, dat de panelen voortaan teruggaan naar Fiction Factory. “Voor de tentoonstelling Carvaggio-Bernini in het Rijksmuseum zijn panelen met wollen stoffen van Kvadrat gebruikt, heel mooi materiaal,” vervolgt Beversluis. “Er zijn gaatjes in de stoffen gekomen doordat de schilderijen aan de panelen hebben gehangen. Omdat het zonde is om dergelijk materiaal weg te doen, kun je kijken hoe je het kunt gebruiken om er een nieuw product mee te maken. Dit heet ‘repurposing’ of ‘remanufacturing’.” 

Om nog wat meer achtergrond over duurzaamheid te krijgen, verzorgde Klaske Postma een workshop. Postma is verbonden aan Noorderwind, een organisatie die lessen over duurzaamheid ontwikkelt voor mbo- en hbo-studenten. Samen met de studenten Meubelstofferen werd achterhaald wat voor materialen er in een poef verwerkt zijn. Wat zijn de grondstoffen van deze materialen, waar komen ze vandaan én wat kan je er allemaal mee doen als je ze opnieuw wilt gebruiken? Ook vertelde Postma over het bestaan van verschillende soorten plastic. Sommige soorten zijn opnieuw te verwerken. Door ze te verhitten en te vervormen kun je andere toepassingen bedenken. Dit zouden anders materialen zijn die je zonder nadenken weggooit. Zo kregen alle materialen een paspoort, een identiteit.

Beversluis: “Dat was nieuw voor de studenten, dat hadden we nog nooit gedaan. Aan de hand hiervan kan worden bepaald wat ze met de onderdelen kunnen doen voordat ze deze weggooien én kunnen ze op een bewuste manier over een nieuwe bestemming nadenken.”

Poef

Een volgende stap in het project was dat leerlingen zelf aan de slag gingen met het demonteren van de panelen, gedoneerd door Fiction Factory met goedkeuring van Rijksmuseum en Kvadrat, om de stoffen daarna te hergebruiken voor het maken van duurzame poefjes. Studenten kregen een masterclass van Miranda Groen, een ervaren meubelstoffeerder en bovendien ontwerper van poefjes. Groen vertelde over haar werk als meubelstoffeerder, over haar jarenlange werkervaring in Ierland en hoe zij bewust materiaal hergebruikt. “De verhalen van Miranda waren enorm inspirerend. Zo heeft ze hockers gemaakt met oude jaren zestig stof die in een etalage werd gebruikt in Ierland,” aldus Pauline Beversluis.


Vervolgens werden de handen uit de mouwen gestoken en draaiden de naaimachines op volle toeren. Meer en meer poefjes kwamen tot stand, waarbij voor de basis gebruik gemaakt is van sausemmers die als romp dienden. Ook werd gebruik gemaakt van het hout dat afkomstig is van de panelen van het Rijksmuseum, hout van een oud kinderbed, en voor de pootjes van kleine boomstammetjes. In deze materialen zijn briefjes gestopt als aandenken. Andere materialen die werden gebruikt zijn koudschuim en dacron. Tenslotte hebben de studenten naamlabels geborduurd of gelaserd in het lab. Met oude stukken leer en petvilt zijn handvatten gemaakt om de poefjes vast te pakken. Het eindresultaat werd in het studiecentrum van het HMC tentoongesteld.

 “Ik wilde aan onze studenten laten zien dat we weliswaar met restmateriaal werken, maar dat je er uiteindelijk iets heel moois en waardevols mee kunt maken. Met andere woorden: de meerwaarde tonen van wat anders als afval beschouwd en ook behandeld wordt. Voor de studenten was het een leerzaam traject, waarbij ze zelf moesten nadenken over duurzaamheid en hoe je dat in de praktijk toepast. Zo leren ze lessen die ze later in de beroepspraktijk mee kunnen nemen,” besluit Pauline Beversluis.

Opleiding Meubelstofferen

De opleiding Meubelstofferen neemt binnen het HMC getalsmatig een bescheiden plek in, met zo’n 30-35 studenten op niveau 2 en 3, verspreid over drie leerjaren. De meesten van hen kunnen, veelal via een stage, na hun opleiding meteen terecht bij bedrijven. De vraag naar meubelstoffeerders is groot en er zijn ook studenten die een eenmanszaak starten; in het laatste geval gaat het vaak om herstoffering van oudere stoelen en banken waaronder designklassiekers en erfstukken.

Delen

Terug naar overzicht